Mijn motie voorrangsregeling, oftewel ‘Kernbinding’, is unaniem aangenomen!

Namens D66 West Betuwe nam ik het initiatief tot de zogenaamde motie voorrangsregeling. Daarmee vroegen we het college om weer kernbinding in te voeren bij de woningbouw. Ik ben heel blij dat deze motie door de voltallige gemeenteraad werd mee ingediend en dus unaniem is aangenomen.

Kernbinding betekent dat mensen met een maatschappelijke of economische binding aan een bepaalde kern voorrang krijgen bij woningtoewijzing. In het verleden was dit bij de voormalige gemeente Geldermalsen voor sociale huurwoningen het geval. Het maakte onder andere mogelijk dat jongeren een woonstart konden maken in hun eigen dorp. Maar ook bij scheidingen hielp het dat beide ouders, en daarmee hun kinderen, in de eigen woonomgeving konden blijven wonen. De specifieke voorwaarden voor kernbinding kunnen per gemeente bepaald worden. En kernbinding is sinds dit jaar naast voor sociale huurwoningen ook mogelijk voor het aanbod van goedkope en betaalbare koopwoningen. Er moet wel aangetoond kunnen worden dat er ‘nood’ is.

Dat er een wooncrisis is in Nederland zal niemand ontgaan zijn. Er komen al jaren heel weinig sociale huurwoningen en goedkope/betaalbare koopwoningen beschikbaar. Met name in de kleinere kernen in West Betuwe is de nood hoog. Daarin zijn we niet uniek. Het speelt net zo goed in vergelijkbare gemeenten met kleine kernen elders in Nederland. Bijvoorbeeld op de Veluwe en op Tholen. Daar blijkt het fenomeen ‘kernbinding’ te helpen om jongeren en ouderen in kleine kernen meer kans te bieden om geschikte woonruimte in de eigen woonomgeving te vinden.

Het is dan ook al langere tijd een uitdrukkelijke wens van de hele gemeenteraad om weer kernbinding in te voeren bij woningtoewijzingen. In ieder geval in de kleinere kernen. Op de een of andere manier lijkt dat maar niet van de grond te komen.

Uit een onlangs gepresenteerd onderzoek blijkt dat er een oplopende druk is op de woningmarkt in West Betuwe. We hebben slechts 21% huurwoningen ipv de 30% die we zouden moeten hebben. Er komen weinig sociale huurwoningen vrij terwijl steeds meer mensen op die weinige vrijkomende woningen reageren. Zij maken daardoor steeds minder kans op een woning, laat staan een woning in de door hen gewenste woonomgeving. En dat speelt in de hele regio. Bij koopwoningen is het niet beter. Er zijn vrijwel geen goedkope en betaalbare woningen beschikbaar. Laat staan in de kleinere kernen waar tot op heden weinig goedkope en betaalbare woningen gebouwd worden.

Helaas was het onderzoek niet op kernniveau uitgevoerd. Er is alleen West Betuwe breed gekeken. Dat geeft door grote bouwplannen zoals in de wijk de Plantage in Meteren een vertekend beeld. Waardoor volgens de onderzoekers niet goed onderbouwd kan worden dat voor de kleinere kernen kernbinding ingevoerd zou kunnen worden.

Het uitblijven van de bouw van zowel sociale huurwoningen als goedkope en betaalbare koopwoningen zet in die kleinere kernen de leefbaarheid extra onder druk. Jongeren maar ook ouderen worden gedwongen buiten hun vertrouwde omgeving en ver van hun netwerk passende woonruimte te zoeken. Dat is vaak een aderlating voor het lokale verenigingsleven en daarmee ook de leefbaarheid in die kleinere kernen.

Vandaar onze motie waarin we het college vragen om zsm te zorgen voor een onderbouwing van de noodzaak tot invoering van kernbinding, kernbinding op te nemen in de ook zsm op te stellen lokale huisvestingsverordening en uit te werken in beleidsregels en hiervoor ook de woonvisie aan te passen. Dit alles in samenspraak met de raad.

We houden de voortgang nauwlettend in de gaten. In het nieuwe jaar buigen we ons er met een aantal andere raadsleden en ambtenaren in een expertgroep over hoe we die kernbinding weer mogelijk gaan maken in West Betuwe.

Reflectie op de uitvoering van de spreidingswet in West Betuwe

Kunnen we nog wel trots zijn op onze joods-christelijke tradities?

Samen met raads- en burgerraadsleden van een aantal andere politieke partijen uit West Betuwe stonden ons burgerraadslid Pieter van Zoest en ik maandagavond 28 oktober bij de Burght van Haeften. Daar wilden burgemeester Stoop en onze wethouder Jan de Geus, die de opvang van vluchtelingen en statushouders in zijn portefeuille heeft, inwoners informeren over het voornemen om een opvanglocatie voor 150 vluchtelingen tussen Tuil en Haaften aan te wijzen. Dit in het kader van de spreidingswet. Als inwoner van Tuil had dit natuurlijk Pieters bijzondere belangstelling.

Een paar dagen eerder was ik bij de bijeenkomst waarin omwonenden werden geïnformeerd over het aanwijzen van een opvanglocatie aan de Meersteeg in Geldermalsen, ook voor 150 vluchtelingen. In De Pluk in Geldermalsen was alle ruimte voor vragen en antwoorden. Er ontstond meer begrip voor de keuzes waar het gemeentebestuur voor staat. Zeker ook tijdens het informeel nabespreken onder het genot van een drankje. Ach, die mensen moeten toch ook een fatsoenlijke plek hebben, zo vond een van de aanwezigen. Zorgen waren er wel maar die kwamen op tafel en worden serieus genomen beloofde de burgemeester.

De bijeenkomst in Haaften, ook bedoeld voor de direct omwonenden, verliep door de opgestookte onrust totaal anders. Onrust nota bene nog eens aangewakkerd door een Tweede kamerlid met een wijd verspreid filmpje op social media die zelf zijn gezicht die avond niet liet zien. Er kwamen totaal onacceptabele dreigementen richting onze burgemeester, wethouder en ook onze ambtenaren. Waardoor uit veiligheidsoogpunt een echt gesprek, zoals in Geldermalsen, onmogelijk bleek.

Er waren niet alleen direct omwonenden gekomen. De uitnodigingbrief bleek verder verspreid te zijn. Een normaal gesprek voeren, zoals in Geldermalsen wel mogelijk was, kon daardoor niet plaats vinden. Het paste niet in de Burght. Bijzonder was de aanwezigheid van mensen die helemaal niet uit Haaften kwamen. Zoals een vrouw die uit de gemeente Vijfheerenlanden bleek te komen. ‘Ik steun de inwoners van Haaften tegen die opvang’, liet zij weten.

Gelukkig viel de optocht die aangekondigd was om vanaf de voetbalvelden naar de Burght te komen in aantal mensen reuze mee. En hoewel er een enkele keer door iemand boos geroepen werd, het applaus dat zij dan kregen kwam van niet meer dan een derde van de aanwezigen. De meeste mensen wilden gewoon meer informatie.

De burgemeester beantwoorde vragen staande vanaf een aanhanger waardoor hij zichtbaar was voor het publiek. Hij werd geflankeerd door Jan en de gemeentelijke projectleider voor de beoogde opvanglocaties. Aan de rand van het parkeerterrein werd een paar keer zwaar vuurwerk afgestoken – enorme knallen – maar daar liet niemand zich door wegjagen.

Na de beantwoording van een aantal vragen uit het publiek trokken de burgemeester en zijn metgezellen zich terug naar binnen en was de bijeenkomst plotseling beëindigd. Het publiek enigszins in verwarring en teleurstelling achterlatend. In de buurt was weer zwaar vuurwerk te horen. Desondanks werd er nog wat nagepraat en langzaamaan vertrok iedereen. Pieter en ik vertrokken als laatsten. Het parkeerterrein bij de Burght verlaten achterlatend.

De bijeenkomst liep dus met een enorme sisser af.

Later begreep ik dat er tijdens het vragen stellen door politie ook een aantal personen was gesignaleerd die bekend stonden als voetbalhooligans en die waarschijnlijk uit waren op een relletje. Dat was ons – gelukkig – niet opgevallen. Uit veiligheidsoverwegingen werd de bijeenkomst ingekort. Op zo’n moment wordt ook een burgemeester geleefd door de mensen die verantwoordelijk zijn voor zijn veiligheid.

De zaterdag daarvoor was in Geldermalsen een barbecue van bewoners van Gerdina’s Hof voor omwonenden van deze tijdelijke woonlocatie voor Oekraïners en statushouders ook al afgelast. Dit vanwege oproepen op sociale media om de barbecue, die bedoeld was voor de onderlinge ontmoeting in de buurt, te verstoren.

Dat gebeurt dus allemaal ook gewoon in ons mooie West Betuwe.

Een paar dagen na de bijeenkomst in Haaften kwam ik een van de omwonenden van de mogelijke opvanglocatie aan de Meersteeg in Geldermalsen tegen en we maakten een praatje terwijl hij op zijn afspraak zat te wachten. Hoewel hij persoonlijk niet zat te wachten op de opvanglocatie bij hem in de straat was hij verbaasd over het verloop van de avond in Haaften. Want in Geldermalsen was de avond juist zo goed verlopen.

Zo zie je hoe als mensen een paar dagen de tijd hebben om onrust aan te jagen dat het verschil kan maken.

Hoe het nu verder gaat met de opvanglocaties is helemaal afhankelijk van hoe het verder gaat met de spreidingswet. En als er 1 onzekere factor is dan is dat wel het beleid vanuit Den Haag. Als gemeenteraad hebben we wel de afspraak dat we zo lang de spreidingswet van kracht is we ook gewoon de voorbereidingen doen die nodig zijn, zonder definitieve besluiten te nemen.

Mocht de spreidingswet van kracht blijven dan duurt het ook nog heel lang voor een locatie in gebruik genomen wordt. Want er moet nog van alles onderzocht worden. Het zou ook nog kunnen dat naar aanleiding daarvan een of beide locaties afvallen. En dan kunnen we weer van voren af aan beginnen.

In plaats van het aanpakken van de echte crisissen die er in Nederland zijn, klimaat, landbouw en wonen, wordt door de huidige regering alle energie gestoken in een niet bestaande asielcrisis. We hebben wel een opvangcrisis veroorzaakt door de jarenlange bezuinigingen bij de IND en het COA. En een tekort aan sociale huurwoningen in heel het land. Met daardoor grote achterstanden in het verlenen van verblijfsstatussen. Het steeds weer afschalen van opvanglocaties. En het vele gesleep met mensen, volwassenen en kinderen, van het ene naar het andere AZC of noodlocatie. En in plaats van dat te erkennen en te investeren in IND, COA en fatsoenlijke opvanglocaties en de bouw van meer sociale huurwoningen mogelijk te maken wordt gewezen naar de vluchteling als oorzaak van de echte crisissen.

Het stemt droevig.

In het huidige ‘asiel’ klimaat zal een oproep van onze kant om over de opvang van vluchtelingen zelf zo nodig andere keuzes dan in Den Haag te maken hier niet in vruchtbare aarde vallen. Dat betreuren wij. Want mensen in nood verdienen onze steun en een menselijke opvang. En gemeenten die dat al jaren wel bieden, met name in het noorden des lands, verdienen onze steun. Het is onbegrijpelijk dat een meerderheid in veel gemeenten niet solidair wil zijn met deze gemeenten. In West Betuwe moeten we toch op de ruim 50.000 inwoners toch 300 mensen een veilig en menselijk onderkomen kunnen bieden. Nota bene maar 0,6 % op het totaal dus.

Wie dan nog trots wijst naar de joods-christelijke tradities van onze samenleving moet zich diep schamen.

Op de bres voor de minima

Hoe we als D66 West Betuwe een eigen financiële bijdrage in de zorg voor inwoners met een laag inkomen wisten te voorkomen

In West Betuwe hebben we een redelijk ruimhartig minimabeleid. Mensen die een inkomen hebben onder 120% van het minimum kunnen aanspraak maken op extra geld voor bijvoorbeeld cultuur en sport en ook is er een vrijstelling voor het betalen van een eigen bijdrage als je hulp ontvangt in het kader van de WMO (bijvoorbeeld huishoudelijke hulp). In sommige gemeenten is de grens 130 % maar ik ben blij dat we in West Betuwe in ieder geval die 120 % hebben weten te behouden.

Toch ging het donderdagavond 7 november bij de begrotingsbehandeling bijna mis voor wat betreft die ‘tegemoetkoming eigen bijdrage WMO’. Het ging om het voorstel in de begroting over de eigen bijdrage regeling voor de WMO vanaf 2025 en de daarop volgende jaren. In feite wordt hiermee al vooruit gelopen op een landelijke  wetswijziging die het vragen van een inkomensafhankelijk bijdrage mogelijk moet maken. Die wet moet trouwens nog gemaakt worden en we weten niet of/wanneer die komt en hoe die er uit gaat zien.

Ik had er al langere tijd een niet pluis gevoel over maar kon er niet goed de vinger op leggen. Na herhaaldelijke vragen bleek dat er toch een noodgreep gemaakt moest worden om te voorkomen dat minima vanaf januari die eigen bijdrage zouden moeten betalen.

De aanname voor de toekomst is dat we mensen met een hoger inkomen ook meer dan 20 euro eigen bijdrage per maand mogen gaan vragen, afhankelijk van hun inkomen dus. Op zich niets mis mee maar er was toch wel even paniek toen duidelijk werd dat er  in de begroting toch van uit werd gegaan dat ook minima eigen bijdragen zouden moeten betalen voor WMO ondersteuning.

Het gaat dan om rond de 250 euro per jaar. Dat lijkt misschien niet veel maar voor mensen met een laag inkomen is dat een heel bedrag. Voor de ruim 700 huishoudens in West Betuwe die dit betreft gaat het echter wel om een fiks bedrag van ruim 180.000 euro dat we tekort komen als we de minima willen blijven ontzien.

Tijdens de raadsvergadering deed Jan als verantwoordelijk wethouder een groot mea culpa (nadat ik de vraag had gesteld hoe het nu precies zat) wat gelukkig goed werd ontvangen door de raad. Maar het gat moest wel gedicht. Op korte termijn was de enige oplossing om hiervoor geld uit de algemene reserves te halen. Tijdens een schorsing heb ik samen met griffie en een financiële man van de gemeente een amendement geschreven.

Ik ben in ieder geval blij dat mijn niet pluis gevoel klopte (de teksten waren echt wel lastig te doorgronden). Gelukkig hebben we het kunnen ‘repareren’. Voor 2025 is er geld dus minima hoeven niet vanaf 1 januari opeens een eigen bijdrage te betalen. Maar er moet nog wel een permanente oplossing gevonden worden voor het nu ontstane tekort.

Artikel 1 van de Grondwet, nu ook in het gemeentehuis

Ik was blij en ook best wel vereerd dat we voorafgaand aan de begrotingsraad (op 7 november) artikel 1 van de grondwet mochten onthullen in de hal van het gemeentehuis en dat ik de aanwezigen mocht toespreken.

Die onthulling deed ik samen met Jan de Geus (als wethouder antidiscriminatiebeoeid) mede-raadslid Gerrit de Jong (net als ik ambassadeur namens de raad van het gemeentelijke antidiscriminatie meldpunt Vizier) betrokken ambtenaren en onze burgemeester. Er kan niet genoeg aandacht zijn voor dit belangrijke grondbeginsel van onze Nederlandse staat. Wat ook de basis vormt voor waar ik en mijn mede D66’ers zich voor inzetten en blijven inzetten. Net als vele andere politici die zich in deze polariserende tijd hard maken voor een vrije samenleving waarin iedereen mag zijn wie die is.

Hieronder mijn speech.

“Op 9 juli is de motie over het zichtbaar maken van artikel 1 van de grondwet in dit huis aangenomen. Ik diende deze in namens D66 maar ook namens de twee overige antidiscriminatie ambassadeurs van onze gemeenteraad: Gerrit de Jong van Dorpsbelangen en Richard Hoogveld van de PvdA. Vandaar dat ik hier nu, namens ons drieën, het woord mag doen.

Iedereen die hier werkt, of je nu ambtenaar bent of wethouder, burgemeester of raadslid, heeft een belofte of eed afgelegd om de grondwet te respecteren. Dat iedereen in gelijke gevallen gelijk wordt behandeld is niet voor niets het eerste artikel. Het is een belangrijk fundament van onze rechtsstaat met de rechtspraak als hoogste orgaan.

In tegenstelling tot een politie of totalitaire staat waarin willekeur en terreur het leven bepalen. Gezien de huidige polarisatie in onze samenleving leek het ons belangrijk om artikel 1 van de grondwet onder de aandacht te brengen en houden. Niet iedereen vond dat nodig. Waarom daar geld aan uitgeven? Het werd ook wel als symboolpolitiek gezien.

Maar wat is daar mis mee? Symbolen dragen bij aan het groepsgevoel. Aan saamhorigheid. Daar kunnen we best wel wat meer van gebruiken. Symbolen verbinden. Denk alleen al aan Nederland en Oranje. Op Koningsdag. Als Oranje een wedstrijd speelt. Als de Nederlandse vlag in deze raadszaal hangt bij de naturalisatie van nieuwkomers. Die trots zijn om voortaan Nederlander te zijn.

Als diezelfde vlag hier buiten wappert op bijzondere dagen, met wimpel als het ons koningshuis betreft. Als hier buiten de regenboogvlag wappert, als steun voor die inwoners die zich lang niet altijd geaccepteerd voelen voor wie ze zijn. Best wel belangrijk gezien de uitkomsten van het onderzoek van onze jongerenadviesraad dat onlangs gepresenteerd is.

Als gemeenteraad hebben we ook onze eigen symbolen. Zoals de ambtsketen van onze burgemeester. Het elkaar de hand schudden voor de vergadering begint. Het tijdens de vergadering elkaar aanspreken via de voorzitter. En het portret van het staatshoofd in onze nieuwe raadszaal? Daar wachten sommigen van ons met ongeduld op.

Daar past het symbool van Artikel 1 van de grondwet hier op deze muur uitstekend bij. Vanaf vandaag voor iedereen die dit gebouw binnen komt, goed te lezen. Om ons allemaal eraan te blijven herinneren dat we in ons werk voor de inwoners en ondernemers van West Betuwe iedereen in gelijke gevallen gelijk behandelen en dat we discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, handicap, seksuele gerichtheid of op welke grond dan ook zullen tegengaan.”